Over 'fawn' en 'please and appease' voor beginners
Naast fight, flight en freeze is er ook fawn en 'please and appease'
Over dit artikel
Dit artikel hoort bij de “De Polyvagale Wereld”, een deel van RelaxMore.net.
Om meer te leren over de Polyvagaaltheorie kun je met dit artikel beginnen.
Het artikel hieronder is een ander belangrijk basis-artikel.
Veel leerzame momenten gewenst!
Inhoud
Inleiding
De meeste mensen weten dat we bij extreme stress in de fight of flight stand kunnen gaan. We gaan vechten of vluchten. Dat freeze (bevriezen of verstarren) daar als derde respons bij hoort, is voor velen ook bekend. Maar dat is niet het hele verhaal.
Vanuit de polyvagaaltheorie weten we dat er een sociaal verbindingssysteem (in het Engels ‘Social Engagement System’) is, dat normaal gesproken aan staat en iets hoger geactiveerd wordt vóórdat we in de vecht- of vluchtmodus gaan.
Als klap op de vuurpijl wordt steeds vaker nóg twee responsen beschreven, de zogenaamde fawn- en de please and appease-respons. Dat maakt dus samen zes responsen.
Hoe zit dat?
In dit artikel zal ik deze responsen beschrijven, op een manier die voor de meeste mensen toegankelijk is. Ik ga in de deel 2 de diepte in, vooral met de fawn- en de please and appease-responsen, die voor de meeste mensen het minst bekend zijn én waarvan de implicaties langzaamaan doordringen.
Ondanks dat fawning en appeasing zich in toenemende mate in populariteit mogen verheugen bij therapeuten en schrijvers over trauma, is er nog geen goed Nederlandstalig overzichtsartikel (maar nu dus wel… 😉).
Je bent welkom met opmerkingen en vragen, dat kan onder het artikel. Ik stel dat extra op prijs, omdat het gesprek over de fawn- en please and appease respons nu pas een beetje op gang komt.
We beginnen met een klein stukje biologie!
Het autonome zenuwstelsel
Het zenuwstelsel speelt een grote rol in het handhaven van onze gezondheid, met name het zogenaamde autonome zenuwstelsel. Dit deel van het zenuwstelsel reguleert helemaal automagisch (=autonoom) allerlei lichaamsfuncties, zoals de spijsvertering, hartslag, bloeddruk en ademhaling. Het is heel prettig dat je de spijsvertering niet zelf hoeft aan te sturen, en dat je ademhaling gewoon doorgaat als je slaapt.
Het autonome zenuwstelsel heeft ook een bepalende rol in onze reactie op stress en ongemakken. Prof. Stephen Porges heeft hierbij baanbrekend werk verricht, dat beschreven staat in zijn polyvagaaltheorie.
Stressreacties staan centraal in dit artikel. Daarbij gebruiken we een aantal Engelse f-woorden, die allemaal een Nederlandse v-versie hebben. Recente inzichten omschrijven – naast de bekende fight, flight en freeze responsen – drie stress- of overlevingsresponsen die ook een plek in de "stress-ladder" verdienen.
Dierlijke reacties
Lange tijd meende de wetenschap dat ons stresssysteem bestond uit fight, flight en freeze. In het Nederlands vechten, vluchten en verstarren. In de dierenwereld zijn deze mechanismen goed te herkennen. Daar zien we ook direct de waarde ervan: soms moet een dier letterlijk vechten voor zijn leven. Antilopen moeten dagelijks rennen voor hun leven (vluchten). Als deze beide mechanismen tekortschieten, dan is verstarren de enige uitweg en hoop om het er levend vanaf te brengen.
Verstarren is dan ook een zinvol en functioneel mechanisme, in tegenstelling tot wat wij mensen denken nadat we zelf verstarden in een ernstige situatie. Regelmatig krijgt een slachtoffer van geweld te maken met reacties die voortkomen uit onbegrip over de werking van ons zenuwstelsel. Met victim blaming tot gevolg: het slachtoffer krijgt de schuld van wat hem of haar is overkomen: "dan had je je moeten verzetten...". Daarna kunnen schaamte en schuldgevoel hun destructieve werk doen en kan er secundair trauma ontstaan.
Een vierde mechanisme: verbinden & verzorgen
Hoewel vechten, vluchten en verstarren 'beroemd zijn', zijn we er inmiddels achter dat er meer mogelijkheden zijn om met stress en dreiging om te gaan. Een belangrijke toevoeging is een mooi en belangrijk mechanisme dat we in de compassietraining verbinden en verzorgen noemen, in het Engels "tend & befriend". Vanuit de polyvagaaltheorie wordt ditzelfde mechanisme het "social engagement system" genoemd, het sociale betrokkenheidsysteem dus.
In het activatiemodel (zie afbeelding hieronder) is dit het eerste systeem dat aan gaat om stress het hoofd te bieden. Stress die vanzelfsprekend (nog) niet heel ernstig is. (Straks zetten we alle systemen op een rijtje.)
Hoe ziet 'sociale verbondenheid' eruit?
Stel je voor dat je met de trein reist, en de trein stopt ineens midden in een weiland. Geen station te bekennen en de conducteur heeft nog geen uitleg gegeven via de intercom. Dat duurt ook langer dan gewoonlijk, dus wat gaat er gebeuren? Wat doen de passagiers, die (zeer waarschijnlijk) niet ernstig bedreigd worden, maar van wie de stresssystemen wel aangaan?
Dit is wat er gebeurt: als passagier gaan we rondkijken en contact maken met de omgeving. We kijken naar de andere mensen in de buurt. Hoe reageren zij, gaat er dreiging van hen uit, zien zij iets wat ik niet zie? Allemaal vragen die tot doel hebben om de veiligheid van de situatie in te schatten.
Wat wij zelf gaan doen is signalen van verbinding uitsturen, om aan te geven dat wij zelf geen gevaar vormen. Een glimlach, even een opmerking ("nou nou, altijd wat met die NS" of "hopelijk hoeft u geen aansluiting te halen?"). En na enkele minuten is er altijd wel iemand die snoepjes uitdeelt.
Op deze manier zorgen we voor onze veiligheid en kunnen we voorkomen dat de vecht-, vlucht- of verstar-respons ingeschakeld moet worden. Tevens helpen we zo anderen om zich veilig te kunnen blijven voelen (dat noemen we co-regulatie).
Ook bij zoogdieren die in een sociaal verband leven kan verbinden en verzorgen worden aangetroffen.
Een vijfde mechanisme: de fawn-respons
In de Engelstalige vakliteratuur over trauma vind je de laatste tijd regelmatig een beschermingsmechanisme dat fawning wordt genoemd. Bij een fawn-respons is er sprake van onderdanigheid en please-gedrag, dat ten koste gaat van jezelf. Je verliest het contact met je eigen behoeften, emoties en sensaties.
Vandaar dat ik het destijds – met hulp van twee cliënten met wie ik dit besprak – vertaald heb met behagen & vervagen. Je bent zó bezig met je richten op de ander, dat je je eigen behoeften niet meer herkent. Je identiteit vervaagt.
Normaal gesproken zou hier een betaalmuur komen, maar omdat ik dit een belangrijk artikel vind voor iedereen die belangstelling heeft voor de polyvagaaltheorie, heb ik de betaalmuur in dit artikel verwijderd.
Voortschrijdend inzicht en een zesde mechanisme: please & appease
Recentelijk (we spreken dan echt over 2023) heeft Stephen Porges (de grondlegger van de polyvagaaltheorie) het concept please & appease geïntroduceerd. Dat schiep veel verwarring, want hoe is dit nu anders dan fawning?
Het verschil kunnen we als volgt omschrijven:
Fawning kunnen we beschouwen als onderdanig gedrag, dat iemand vertoont die in grote angst is maar niet goed het vermogen heeft (aangeleerd gekregen) om met de dader te co-reguleren en zo het gedrag van de dader gunstig te beïnvloeden.
Bij appeasing heeft het slachtoffer wél het vermogen om het gedrag van de dader te beïnvloeden middels co-regulatie.
Porges kan ook deze beide mechanismen plaatsen in de polyvagaaltheorie: Fawning is een gemengde autonome toestand van extreme mobilisatie in combinatie met extreme immobilisatie. Appeasing ook, maar daar is óók sprake van sociale verbinding.
Stockholm Syndroom kan de boeken uit
Met de introductie van fawning en appeasing en de verduidelijking van de kenmerken en hun plek in de activatietoestanden van de polyvagaaltheorie, is Porges tot de conclusie gekomen dat we het concept Stockholm Syndroom niet meer moeten gebruiken.
Het probleem met Stockholm Syndroom is dat het via de omschrijving in zich draagt dat slachtoffers echt positieve gevoelens voor daders ontwikkelden. Dit heeft geleid tot veel onbegrip naar slachtoffers. Porges stelt nu dat we deze slachtoffers niets mogen verwijten. Zij hebben zich middels appeasing zo veel en goed afgestemd op de daders, dat ze dit zijn gaan “faken”. Wat nodig is, is goede therapie, en niet het veroordelen van uiterst adequaat overlevingsgedrag.
Op volgorde van intensiteit
We hebben nu een aantal verdedigingsmechanismen op een rijtje gezet. Zo begonnen we met de algemeen bekende (vechten, vluchten en verstarren) en hebben er drie nieuwere (verbinden en verzorgen, fawning en appeasing) aan toegevoegd. Daarna hebben we de verschillen tussen de laatste twee verduidelijkt.
We gaan ze nu op volgorde van intensiteit proberen te zetten. Want je hebt niet voor het kiezen welk mechanisme aangaat, hier geldt een biologisch bepaalde hiërarchie (= volgorde), die bepaald wordt door de grootte van de dreiging en van de mogelijkheden van het organisme heeft (bijvoorbeeld hetgeen iemand geleerd heeft). Hoe meer dreiging of stress, hoe groter de intensiteit en de lading. Immers: hoe groter de dreiging, des te meer energie is nodig om te overleven. Bij een potje tikkertje ren je met een andere energie en gevoel dan wanneer je door een groep engerds in het donker wordt achtervolgd.
In welke hiërarchie vindt de activering plaats?
verbinden en verzorgen: we proberen een situatie die misschien dreigend zou kunnen worden te 'sussen' door te proberen in verbinding te komen;
vechten of vluchten: we moeten in actie komen; deze twee zijn energetisch gelijkwaardig, afhankelijk van de situatie en eerdere ervaringen kan de balans sneller doorslaan naar één van beide;
vluchten of vechten: afhankelijk dus van de situatie en onze geleerde voorkeursstrategie;
verstarren: er valt niets meer te 'sussen'...
appeasing: er is veel dreiging, we moeten een dader kalm houden, er zijn geen andere opties (ook in de freeze blijven is geen optie meer!)…;
fawning: overgavegedrag, het slachtoffer heeft geen andere opties … .
Zo simpel is het niet …
Herinner: ik schreef dat we gingen proberen de toestanden in volgorde te zetten. Maar zoals je ziet, zijn de nummers 2 en 3 – vechten en vluchten – qua energie en lading aan elkaar gelijkwaardig, dus daar is eigenlijk geen volgorde aan te geven.
Zo valt er ook wel iets te zeggen over de nummers 4, 5 en 6 – verstarren, appeasing en fawning. Hier ga ik in het verdiepingsartikel verder op in. Voor nu is het goed om te realiseren dat fawning en appeasement toestanden zijn van extreme stress en dus hoge activatie voor een mens en dat 4, 5 en 6 in de praktijk lang niet altijd in de beschreven volgorde plaatsvinden.
Dan is het nog zo dat niet alle stadia volledig doorlopen worden. Als je huis in brand staat, heeft verbinden en verzorgen geen zin.
De lijst wil ook niet zeggen dat het na fawning 'klaar' is.
Er is dus geen stappenplan...
Tenslotte is het zo dat vooral het begrip fawning nog niet overal eenduidig gebruikt wordt. Porges is er sinds 2023 duidelijk over, maar hij gebruikt het begrip fawning anders dan de therapeut die er het eerst over schreef (Pete Walker, zie ook de bronnen). Kortom: wees niet verbaasd als je andere interpretaties van fawning tegenkomt.
Plaatjes!
Op internet circuleren veel schema's en tekeningen van deze activatie-curve of de 'polyvagaalkaart', zoals hij ook wel genoemd wordt. Ik kon fawning en appeasing nog op geen enkele afbeelding van deze kaart vinden, dus heb ik in ieder geval fawning een plek gegeven:
Toelichting vanuit een polyvagaal perspectief
Ik heb fawn niet toevallig daar geplaatst waar het staat: precies op de grens van het gebied van de sympatische- en de parasympatische reacties. Bij fawning is er hoge activatie en is er ook steeds het onvermogen om te doen met die energie wat eigenlijk nodig is. In meer technische termen: fawning is een toestand die een hoge sympathische activering inhoudt EN een mate van dorsaal vagale (shutdown oftewel bevriezing) activatie bevat.
En waar komt appeasing dan?
Tja, daar schiet de afbeelding van de activatiecurve dus tekort. Immers: appeasing is een soort fawning, maar dan mét behoud van (enige) verbinding, en dat is het groene gedeelte in de afbeelding hierboven. Dus waar fawning een mix is van geel en rood, is appeasing een mix van geel en rood én groen. En dat gaat in een curve als bovenstaande niet passen.
Maar gelukkig is daar het zogenaamde Venn-diagram, die bestaat uit drie overlappende cirkels. En zo heeft men ook bij het Polyvagal Institute nu de verschillende autonome toestanden in een Venn-diagram kunnen plaatsen. Voilà:
Bovenstaand diagram is pas sinds najaar 2023 te vinden op de website van het Polyvagal Institute. Zo zie je dus maar dat daar ook de inzichten voortschrijden. Mooi is te zien hoe de verschillende toestanden hun plek krijgen, met appeasing dus in het midden.
Je ziet dat er in het diagram óók aandacht is voor datgene waar ik in dit artikel niet over schrijf: dat het autonome zenuwstelsel bij veilige situaties de zaken anders regelt dan bij onveilige situaties.
Wat klopt er niet in het diagram?
Maar wat zien we daar? Fawning staat náást appeasing, in hetzelfde midden! Als het klopt dat appeasing een toestand is waarbij óók co-regulatie (sociale verbinding) is en fawning niet, dan kan het niet kloppen dat zij bij elkaar staan. Fawning hoort dan ónder appeasement te staan; bij “freeze state of defense”.
Dat is overigens gelijk een tweede ding dat ik niet vind kloppen: bij alle mengvormen (de overlappen van de cirkels) staan voorbeelden van gedrag genoemd. “Freeze state of defense” valt uit de toon, het beschrijft een toestand. Alsof men niet wist welk gedrag daar dan bij hoort.
Welnu: fawn dus.
Dus is er volgens mij nog een beetje méér voortschrijdend inzicht nodig bij Polyvagal Institute, in ieder geval bij de illustrator. Overigens is bovenstaande afbeelding nu (anno maart 2024) weer van de website af en staat er een oudere versie, helemaal zónder fawning en appeasement.
(Als je je abonneert op De Polyvagale Wereld, hou ik je op de hoogte!)
De ‘juiste’ respons?
Het is van belang te noemen en voor de lezer om te begrijpen dat het geen zin heeft om een oordeel aan de verschillende overlevingsmechanismen te koppelen. Als de nood echt aan de man komt, neemt Moeder Natuur het over en kun je niet kiezen. Dit is gewoonweg niet mogelijk op dat moment. Verwijten dat iemand iets wel of juist niet heeft gedaan leidt alleen maar tot victim blaming.
Maar een commando of een marinier dan? Mensen die onder zeer zware omstandigheden kunnen werken en gevoelens uit lijken te kunnen schakelen? Tja, oefening baart kunst. Net zoals mensen door appeasement kunnen leren overleven en zich al pleasende in het leven staande houden (of dat doen voorkomen), zo kun je ook, door heel goed te leren vechten, niet te hoeven verstarren. Maar de stressenergie moet uiteindelijk toch ergens blijven. Een zoogdier MOET ontladen na een geslaagde overlevingsactie. Vandaar dat we zoveel oud-militairen en politieagenten met PTSS of onverklaarde klachten zien op de poliklinieken voor dit soort problemen.
Feitelijk zijn alle responsen dus juist in de context waarin ze ontstonden. Ze waren ten tijde van het gebeuren de beste optie voor de persoon of het kind die het betrof en die moest zien te dealen met de omstandigheden van dat moment. Tegelijk weten we dat wat ooit een 'juiste' respons was, een gewoonte kan worden en op een later tijdstip problemen kan geven. Een soldaat die getraumatiseerd is geraakt bij een explosie, loopt grote kans om heel overgevoelig te reageren op harde geluiden. Dat is onhandig in de supermarkt. Een kind dat veel tekort is gekomen, kan zomaar een volwassene worden die zichzelf helemaal wegpleast voor de ander.
Conclusie
Ik denk dat het een belangrijke stap is om meer bekendheid te genereren over de nieuwe inzichten die er zijn over hoe wij omgaan met stress, hoe ons zenuwstelsel werkt en welke gevolgen trauma nu echt heeft. Met dit artikel heb ik daar een bijdrage aan willen leveren.
Voor geïnteresseerden en/of professionals komt het verdiepende artikel binnenkort online! En daarna volgt meer, dus ‘stay tuned'!
Dank voor het lezen, je reactie of vraag is hieronder welkom!
Bronnen
Voor dit artikel heb ik, naast een aantal gesprekken met collega's en ook met twee cliënten (dank, HL en AKS!), geput uit de volgende bronnen:
http://www.pete-walker.com/fourFs_TraumaTypologyComplexPTSD.htm
https://drarielleschwartz.com/the-fawn-response-in-complex-ptsd-dr-arielle-schwartz/
https://aeon.co/essays/animals-wrestle-with-the-concept-of-death-and-mortality
"Compassie in je leven", door Frits Koster en Erik van de Brink
"Why Zebras don't get Ulcers", door Robert M. Sapolsky
Dank aan Sanne, Edith en Herma, die de concepten van een eerdere versie van dit artikel hebben gelezen en goede suggesties ter verbetering hebben gegeven.
Dit artikel is ook te vinden via www.fawn.nl en www.fawning.nl.
Dit artikel maakt deel uit van het Relaxicon op RelaxMore.net.