Inleiding
In het boek True Refuge (in het Nederlands verkrijgbaar als “Je hart als schuilplaats”) van meditatieleraar Tara Brach, vinden we de volgende passage:
Hoe vaker je bepaalde gedachten hebt of bepaalde handelingen doet, hoe sterker de hierbij horende zenuwbanen worden. Hoe meer je denkt over de zaken die mis kunnen gaan, hoe sterker je brein anticipeert op moeilijkheden. Hoe vaker je reageert met boosheid, hoe meer je lichaam en geest geneigd zijn om met agressie te reageren. Hoe vaker je denkt aan hoe je anderen zou kunnen helpen, hoe meer je hart en geest je zullen verleiden om genereus te zijn.
Net zoals je spieren kweekt door gewichten te heffen, zo kan de richting van je aandacht leiden tot het versterken van angst, vijandigheid en verslaving, óf het kan je leiden naar heling en ontwaken.
Trainen of niet trainen, dat is de vraag
Veel van de deelnemers van mijn lessen en trainingen zullen bovenstaande herkennen, want ik gebruik geregeld soortgelijke woorden. Als je traint, wordt datgene wat je traint sterker. Daar zit een prettige rechtlijnigheid in waar niet veel tegenin te brengen is. En de aanvullende zin ligt ook voor de hand, namelijk “als je niet traint, ontwikkelt zich ook niets”.
De hamvraag
Ik dacht vroeger dat het trainen van mindfulness, Tai Chi of Qigong moeilijk was. Maar met behulp van een eenvoudige vraag werd het ineens een stuk overzichtelijker. De vraag luidt: “WAT train je eigenlijk op dit moment?” Dat verdient waarschijnlijk enige toelichting.
Als je een mindfulnessoefening op hebt staan – of als je zonder MP3 oefent –, wil dat nog niet zeggen dat je op dat moment ook daadwerkelijk mindfulness traint. Veel mensen storen zich aan zichzelf als ze afdwalen. Op dat moment train je ‘gestoord zijn’ (pun intended). Of ze ergeren zich aan datgene waarvan ze denken dat het hen afleidt, bijvoorbeeld een geluid van buiten. Op dat moment train je ‘geërgerd zijn’ en dat leidt meer af dan het geluid van de buren.
Een stapje verder in het trainingsproces kan het zo gaan dat mensen zich opwinden over het feit dat ze zich storen aan het afdwalen. Er komt een extra laag bovenop! ‘Boosheid’ wordt getraind. En dan soms de laag waarop gemopperd wordt op de boosheid over het gestoord zijn over het afdwalen. ‘Zelfkritiek’ groeit en wordt sterker.
Veel mensen zijn er goed in om zo een laag of 4 à 5 op elkaar te stapelen en langzaam maar zeker een beetje gek te worden van zichzelf. Afhaken en stoppen met mediteren ligt op de loer.
Dus de hamvraag “WAT train je eigenlijk als je traint?” is best een belangrijke.
Samen stilstaan
Het is mijn werk als trainer/begeleider/leraar om samen met een student of deelnemer nieuwsgierig te zijn en te vragen naar hetgeen getraind wordt. Niet om vervolgens te zeggen “aha, dus dat kun je een volgende keer anders doen” of – nog lomper – “dat was niet zo’n goede meditatie”, maar om samen even stil te staan bij ‘al dat gedoe’ en te stoppen met nóg een laag toe te voegen. Gewoon even stilstaan en neutraal vaststellen dat de lagen van afdwalen of negativiteit zich aan het opstapelen waren, dat daar gewoontevorming achter zit en dat het mogelijk is om daar nu even mee te stoppen. Om niets te vinden van dat je ‘het’ weer deed.
Niets doen
Om precies datgene te doen wat je nog niet eerder hebt getraind: niets doen. Geen oordeel meer, geen toevoegen van ellende, geen boosheid meer, niet meer de schuld buiten jezelf zoeken, geen kleiner maken van ongemak, alleen maar met dit gevoel zijn en erop vertrouwen dat dat OK kan zijn en dat gevoel gaat veranderen.
Dat kan spannend zijn, maar dat is precies wat trainen is. Je leert iets nieuws en je doet iets bekends, en je doet iets ouds niet.
Het ‘juiste’ trainen
Het gevolg is dat je steeds beter leert vertrouwen dat die oude gewoonte van reageren op prikkels, van opstapelen van lagen negativiteit en zelfkritiek, losgelaten mag worden. Je herkent waar hun oorsprong ligt, begrijpt dat deze gewoontes nu niet meer nodig zijn.
En je blijft verder gewoon afdwalen bij het mediteren of ongemakken ervaren. Tegelijk ga je ervaren dat je er veel minder van last gaat hebben; het leidt je steeds minder af van het mild en open, niet-reactief ervaren van dit moment. En dat is dan wat je traint. Je traint eindelijk mindfulness.
Mindfulness
Mild
open
niet-reactief
dit moment
ervaren.
Als je dit artikel interessant vond en geen betaald abonnement wilt, mag je me ook trakteren op een cappuccino!
Ik was een van die twaalf deelnemers. Het was weer een fijne dag van ervaren, zien wat het patroon is en van trainen van het loslaten. Het heeft me geholpen om de hectische week die daarna volgde, met meer rust te kunnen doorstaan. De echo's van de meditaties hebben hun werk gedaan.
Helder 🦉