Je zou geen mindfulness nodig moeten hebben ...
Inderdaad, maar eigenlijk toch weer wel, maar dan wat eerder. Of zoiets

Inleiding
Recent verscheen een interessant interview met hoogleraar psychiatrie Floortje Scheepers in de NRC. Aanleiding was het verschijnen van het rapport “Op de rem - Voorbij de hypernerveuze samenleving”, van de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS), waarvan Scheepers lid is.
In dit artikel licht ik toe wat ik de highlights vind van het interview en geef ik een ongevraagd advies, want het interview riep direct iets ongemakkelijks bij me op.
Geen individueel probleem
Eén van de uitgangspunten die het rapport Op de rem is dat de hedendaagse versnelling en optimalisering debet zijn aan het toenemende aantal mentale problemen. Vooral jongeren hebben daar last van. En degenen die mentaal het kwetsbaarst zijn, vallen het eerst buiten de boot.
We hebben als maatschappij de neiging om de uitvallers te “fiksen”, zodat ze weer mee kunnen in de ratrace. Maar Scheepers beschrijft deze mensen als “kanaries in de kolenmijn”, een treffende metafoor die aangeeft dat de uitvallers niet het probleem zijn, maar een symptoom van iets groters, iets wat op maatschappelijk niveau speelt.
Op zoek naar balans
Sleutelwoorden in de aanbevelingen uit het rapport waar Scheepers aan meewerkte zijn verbinding, verscheidenheid en vertraging, om de balans vanuit het doorgeschoten presteren te herstellen. Mooie waarden, die een tegenwicht kunnen vormen voor de waarden van hypernerveuze samenleving, die in het rapport als individu, prestatie en versnelling genoemd staan. We zouden kunnen wachten tot het herstel vanuit de hypernervositeit vanzelf inzet, want die kans bestaat – sterker nog, dat is wat systemen doen: pendelen, maar we kunnen die gok eigenlijk niet wagen. We moeten nu iets doen, anders gaan te veel mensen klachten krijgen en dat is – behalve vervelend voor degenen die het betreft – onbehapbaar voor de geestelijke gezondheidszorg.
Het probleem moet over de volle breedte van de maatschappij worden aangepakt. De RVS doet dan ook deze aanbevelingen in haar rapport:
Aanbeveling 1: Start nu de sociaal-culturele verandering die nodig is voor een meer ontspannen samenleving.
Aanbeveling 2: Erken en omarm onwetendheid en onzekerheid in het ontwikkelen van organisatie- en overheidsbeleid.
Aanbeveling 3: Beleg de grotere maatschappelijke opdracht om de noodzakelijke verbinding, verscheidenheid en vertraging te implementeren in structureel landelijk beleid en financiering.
Aanbeveling 4: Maak waar mogelijk al ruimte in beleid voor verbinding, verscheidenheid en vertraging.
Aanbeveling 5: Ontwikkel overheidsbeleid expliciet gericht op mentale volksgezondheid.
De waarden verbinding, verscheidenheid en vertraging zouden leidend moeten worden voor organisaties, beleidsmakers en uiteindelijk van iedereen. Hierbij valt te denken aan terugdringen van ongelijkheid, armoede terugdringen en een sterker sociaal vangnet creëren.
Mooie woorden en een goed streven, in een rapport dat het lef heeft om verder te kijken dan de waan van de dag, maar wat mij betreft had het ook nog wel iets concreter gekund.
PR in de NRC
Hieronder vind je een foto van het betreffende interview met Floortje Scheepers. Op een laptopscherm is de tekst leesbaar. Hierboven las je een samenvatting. Onder de foto beschrijf ik waarom ik het met prof. Scheepers eens ben én waarom toch niet. 😉
Geen symptoombestrijding s.v.p.
Behalve in de titel komt het woord mindfulness niet in het interview voor, maar de strekking is duidelijk: we zouden de maatschappij zo in moeten richten dat iedereen mee kan komen. Mindfulnesstrainingen worden gevolgd door individuen, maar het probleem is maatschappelijk en niet individueel. Er wordt een symptoom aangepakt en niet de kern van het probleem.
Daar kan ik in meegaan; sterker nog: dat zeg ik al een hele tijd.
Probleem en oorzaak
Als we nu eens kijken naar de kernproblemen en de oorzaken daarvan. Dan heb ik onder andere over de snelheid in de maatschappij, het prestatiegerichte, de moeite die mensen hebben om om te gaan met tegenslagen en frustratie, de vervreemding van onze lichamen en van de natuur. Wat is er gebeurd met de mensheid in de afgelopen pak ‘m beet honderd jaar dat we in zo'n hypernerveuze samenleving terecht zijn gekomen?
We kunnen er tal van oorzaken voor aanwijzen, bijvoorbeeld hebzucht, ongelijkheid, kortzichtigheid, corruptie, gelobby en vriendjespolitiek in bestuurlijke lagen, de tv en sociale media en ga zo nog maar even door.
Allemaal waar, maar wat is de oorzaak dáárvan? Mijn antwoord: we zijn te laat met mindfulness trainen.
Je hebt mindfulness nodig. (punt)
Ik snap prima waar de stelling je zou geen mindfulness nodig moeten hebben vandaan komt. En toch pleit ik voor een ander uitgangspunt, namelijk dat er juist veel te weinig aandacht voor mindfulness is. Maar dan moet het wel op het juiste moment in een mensenleven getraind worden, lees: vroeg.
Stel je eens voor dat we nu echt werk maakten van het doceren van mindfulness op lagere scholen. Dat we daarnaast ouders die het moeilijk hebben optimaal zouden ondersteunen bij het grootbrengen van hun kinderen1. Waarom is mindfulness eigenlijk niet zo normaal en zo geïntegreerd in ons leven en onderwijssysteem dat we vergeten dat het mindfulness is, maar gewoon de manier waarop we samenleven en met elkaar omgaan?
Je zou kunnen zeggen dat het een veel te grote kostenpost is: mindfulnessonderwijs inrichten, leerkrachten bijscholen2 , het onderwijssysteem herinrichten met kleinere klassen, en dus leerkrachten meer belonen omdat we meer mensen voor de klas moeten zien te krijgen. Ook zullen we de gezinsondersteuning nu eindelijk eens met gezond verstand moeten inrichten, en zo zullen er nog een aantal maatregelen nodig zijn. Ja, dat gaat veel geld kosten, maar ik voorspel dat het de meest rendabele investering is die we als maatschappij kunnen doen. Is dat niet waar intelligentie over gaat?
Het resultaat zal zijn dat we over zo’n 25 jaar een generatie volwassenen hebben die gezond omgaan met tegenslagen, die in staat zijn om naast het eigenbelang ook het grote plaatje in beeld te houden en zo ook gezonde keuzes te maken op maatschappelijk- en milieu-niveau. Over 25 jaar kunnen we de jeugdzorg heel langzaamaan afschalen en hebben we ook minder schuldhulpverleners en justitieel medewerkers nodig. En wat dacht je van de nieuwe generatie politici die we dan tegemoet kunnen zien!
Dat zijn de potentiële effecten op middellange termijn van adequaat toegepaste mindfulness op jonge leeftijd.
Mindfulness
Veel mensen hebben al een mindfulnesstraining gevolgd en daar baat bij gehad. Eén van de thema’s die in de standaard mindfulnesstraining makkelijk buiten beeld kunnen verdwijnen, is waarom mindfulness van belang is. Dat klinkt onlogisch, want waarom gaan mensen dan een mindfulnesstraining volgen?
Voor velen is het motief op henzelf gericht: minder stress (het zit zelfs in de afkorting van MBSR: Mindfulness Based Stress Reduction) en meer ontspanning. Een prima begin en veel trainers laten het daarbij. Maar wat doe je vervolgens met je herkregen energie, je toegenomen ontspanning of het vermogen om minder lang te blijven hangen in negativiteit3?
Het doel van meditatie
Voor veel mensen geldt dat het antwoord op deze vraag is: gewoon doorgaan met het leven dat ze leidden. Voor een antwoord op deze vraag met een hoger mindfulnessgehalte wil ik refereren aan een uitspraak die toegeschreven wordt aan de historische Boeddha. Deze uitspraak luidt:
Meditatie dient te leiden tot een ethisch leven.
Dat verdient wat toelichting. Immers, in de mindfulnesstraining stellen we dat het doel is om eens wat minder doelen te hebben, om beter voor jezelf te zorgen en om zonder oordeel te ervaren wat er in het huidige moment in je lijf, je gedachten en gevoelens gebeurt. En nu blijkt er toch een doel te zijn en zelfs een die moeilijk te beoordelen is.
Welkom in de paradoxale wereld van meditatie!
Het mooie is dat het ene het andere niet hoeft uit te sluiten. Zelfzorg kan prima in combinatie met zorg voor het grote geheel. Maar het vraagt iets anders dan begrijpen, analyseren en stappenplannen maken. Wat het wel vraagt, is vertrouwen, geduld en compassie. En niet te vergeten de bereidheid om te onderzoeken, om je ideeën en aannames te bevragen, in de wetenschap dat je daar niet om be- en veroordeeld zult worden.
Het resultaat
Zo kan zich een mentale houding ontwikkelen die veel minder gevoelig is voor de zogenaamde verleidingen die maken dat de maatschappij hypernerveus geworden is. Er kan een klimaat ontstaan waarin fascisme geen kans van slagen heeft, waarin mensen zorgen voor de zwakkeren en het grote plaatje in beeld houden en waarin verbinding, verscheidenheid en vertraging de norm zijn.
Degenen die denken dat je dit niet aan kinderen kunt leren, onderschatten de leervermogens van kinderen en projecteren hun eigen conditioneringen op hen4. Onderzoek van mindfulness voor kinderen laat resultaten zien die stroken met wat ik beschrijf5.
Niet alleen op scholen
Voor een diepliggend probleem als een hypernerveuze maatschappij is het uitrollen van mindfulness op scholen natuurlijk slechts een deel van de oplossing. Een ander aspect wat ik hierboven noemde, is het beter ondersteunen van gezinnen die het moeilijk hebben6. Ook dat zal wat voeten in aarde hebben, dat onderkent ook het RVS-rapport. Intussen hebben we al best wat kennis over wat wel en wat niet werkt. Wat bijvoorbeeld niet werkt, is gezinnen met schulden boetes geven waardoor ze nog verder de schulden in raken7. Kinderen zijn hier als eerste de dupe van, vaak meer dan hun ouders.
Alleen mindfulness op scholen implementeren, neigt dus weer naar het leggen van het probleem bij het individu, in dit geval een kind. Daarom moet het in een totaalpakket van onderwijs en gezin en zo steeds verder de maatschappij in.
Jong geleerd is niet alleen oud gedaan, maar ook economisch intelligent.
Vanuit het Taoïsme
Taotrainer Reinout Eleveld zegt met andere woorden waarom alleen mindfulness uitrollen niet voldoende is. Hij gebruikt hierbij niet het begrip mindfulness, maar spreekt over bewustzijn: bewustzijnsgroei (dus meer bewustzijn) heeft geen enkele zin als de kwaliteit van dat bewustzijn ondermaats is8. Dus dient eerst bewustzijnsontwikkeling plaats te vinden en dan pas bewustzijnsgroei. In de praktijk is dat natuurlijk lastig te scheiden, maar het onderscheid is wel van belang. Meer is niet altijd beter!
Vertaald naar dit artikel: mindfulness alleen voor jezelf zorgt voor vertraging, maar de aspecten verbinding en verscheidenheid komen onvoldoende aan bod. Daarvoor is het minder persoonlijke- en meer ethische perspectief nodig. Daartoe zitten genoeg handvatten in de mindfulnesstraining, maar je moet ze als trainer wél zien en gebruiken. Uit ervaring durf ik te stellen dat hier nog winst te behalen is bij trainers en hun opleiders.
De kindertijd is juist de beste tijd om de kwaliteit van bewustzijn te vergroten. Dan is de kans veel groter dat daarna iedere groei ook een kwalitatieve groei is.
Want succes, net als geluk, kan niet worden nagestreefd;
het moet volgen – en het doet dat alleen als een onbedoeld neveneffect
van iemands persoonlijke toewijding aan een zaak
die groter is dan hijzelf, of als het bijproduct van zijn
overgave aan een mens buiten zichzelf.
Viktor Frankl
Gemiste kans
In de toelichtingen van de aanbevelingen in het rapport vind ik slechts een kleine verwijzing naar wat er op scholen zou kunnen gebeuren, namelijk in aanbeveling 4: “Voor scholen helpt de wegwijzer mentaal kapitaal om het gesprek aan te gaan over de prestatiedruk op school, over verbinding in de klas en om een leeromgeving te creëren waar verscheidenheid kan floreren.”
Ondanks dat ik verder positief ben over het rapport, vind ik deze toelichting aan de magere kant.
Brief aan Floortje Scheepers
Geachte prof. Scheepers,
Ik ben het helemaal met u eens dat je geen mindfulness nodig zou moeten hebben om je staande te houden in de maatschappij. De hele maatschappij heeft mindfulness nodig, maar dan al op de lagere school. Het zal ons helpen om volwassenen te krijgen die beter hun verantwoordelijkheden aankunnen, gezondere keuzes maken voor zichzelf én voor het grote geheel, die meer compassievol zijn voor hun naasten en voor degenen die moeite hebben om zich staande te houden – want die zullen er altijd zijn en dat is dan geen enkel probleem.
Als we de kraan dicht draaien, kunnen we over 25 jaar stoppen met dweilen. Dat klinkt lang, maar we dweilen al heel wat langer dan 25 jaar, dus die jaren kunnen er nog wel bij (en dat zal ook wel moeten). Laten we het lef hebben om de keuzes te maken die hiervoor nodig zijn. Daar is politieke moed voor nodig die de 4-jaren termijn overschrijdt, maar ik geloof dat het kan.
Misschien u ook en hopelijk wilt u deze ideeën meenemen in een volgende en meer concrete versie van uw rapport, dat wat mij betreft niet snel genoeg kan verschijnen.
Veel succes en wijsheid gewenst.
Hartelijke groet,
Ronald de Caluwé
Dit is een hele artikelenserie op zich waard.
Aangezien mindfulness geen truc of techniek is, maar iets dat door de begeleider ook beoefend en belichaamd moet worden, mogen we het belang van goede scholing voor leerkrachten niet onderschatten. Daarnaast hebben we een dubbel effect: meer mindfulle leerkrachten zorgen beter voor zichzelf en vallen minder snel uit (haha, tóch nog iets “gefikst”!).
Ik zal je zeggen wat ik denk dat de meeste mensen doen met hun hernieuwde energie: lekker doorgaan met hard werken.
Oftewel: omdat jij het niet hebt geleerd en het nu misschien moeilijk vindt om te begrijpen, kan het lastig zijn om je voor te stellen dat kinderen dit kunnen leren.
Bronnen:
Systematic Review of Mindfulness-Based Interventions in Child and Adolescent Populations
Mindfulness-based interventions in schools — a systematic review and meta-analysis
Mindfulness-based programs and school adjustment: A systematic review & meta-analysis
En natuurlijk zijn er kritische geluiden en studies met maar kleine resultaten. Naar mijn idee is in het algemeen de aandacht voor de kwaliteit van de mindfulnesstraining van leraren en begeleiders onvoldoende. In veel settings waar met mindfulness onderzoek is gedaan, werd het “erbij gedaan” en werd er niet echt fundamenteel voor mindfulness gekozen.
Lees onder andere de verhalen van Tim ‘S Jongers in De Correspondent.
Hier zijn de artikelen van Jesse Frederik de moeite waard.
Ja, dat kan (en is eigenlijk best vaak het geval, kijk maar naar de politiek en de politici van deze tijd). Over kwaliteit van bewustzijn en “weldenkendheid” volgt te zijner tijd een artikel.